Als u als dga uw auto van de zaak deelt met uw bv, andere dga’s of werknemers, zitten daar nogal wat haken en ogen aan. Wat besliste de rechter hier onlangs over en hoe voorkomt u dat u per saldo zelfs duurder uit bent?
Bijtelling verdelen
Als u het gebruik van een auto van de zaak deelt, dient ook de bijtelling onder de berijders te worden verdeeld. Maken bijvoorbeeld drie werknemers gebruik van dezelfde auto van de zaak, dan zal in beginsel ook ieder een derde deel van de bijtelling voor zijn kiezen krijgen.
Let op! Een andere toedeling is in beginsel ook mogelijk, indien hiervoor aannemelijke gronden zijn.
Delen met bv?
Onlangs ging een dga de mist in die de auto van de zaak deelde met zijn bv. De bv betaalde 75% van alle kosten, de dga 25%. Deze 25% kwam naar zijn mening overeen met de bijtelling, zodat deze per saldo op nihil uitkwam. Helaas dacht de fiscus daar anders over.
De rechter besliste uiteindelijk dat de dga 75% van de bijtelling kreeg toegerekend. Bovendien was zijn bijdrage van 25% in de kosten hiervan niet aftrekbaar, omdat dit juist betrekking had op de kosten van zijn deel van 25% en niet op het deel van 75% van de bv. Per saldo was hij alsnog een stuk duurder uit dan wanneer hij gewoon over de bijtelling had afgerekend.
Tip: Een auto delen kan voordelig zijn als u als dga de auto bijvoorbeeld deelt met uw in de bv werkzame echtgenote of één van uw kinderen die nog tot uw huishouden behoort. Het moet dan wel aannemelijk zijn dat de echtgenote of het kind vanuit zakelijke redenen over een auto moeten beschikken. Dus bijvoorbeeld om klantbezoeken af te leggen.
Wat levert dat op?
Een auto en dus de bijtelling delen kan voordelig zijn, als één van de berijders minder belasting en premies betaalt dan de ander. Voorbeeld: bij een auto van €60.000 met een bijtelling van 22% en een verschil in belasting en premies van bijvoorbeeld 10%, scheelt dit al €660 per jaar.